-
1 ground zero
n. punt van een nucleaire explosie, punt van explosie op aardoppervlak precies onder of precies boven een nucleaire bom; doel van een raket of een bom; (Informeel) het begin, uitgangspunt; (Slang) slordige en vieze plaats -
2 lock on
doel zoeken en automatisch volgen (identificatie en achtervolging v.e. doel door radar zonder mogelijkheid v. uitwijking)lock on♦voorbeelden: -
3 mehrstufig
-
4 RPG
RPG, Russische draagbare antitankgranaatwerper op de schouder gedragen die een raket met met een exploseerbare kop die niet geleid wordt uit een buis afvuurtRPG (Rocket Propelled Grenade)--------rolfunktiespel (iedere deelnemer neemt rol van speciaal figuur in en verzint zelf wat er zich afspeelt zonder dat er van tevoren een tekst is opgesteld, ook op internet)RPG (Role Playing Game) -
5 fall
n. buiteling; afgang, val; ineenstorting; lawine; herfst; waterval; verleiding; afdaling; (gedurende aanval) landing van elke raket (geworpen gedurende het conflict tussen Israël en de Hizbollah in juli-augustus 2006)--------v. vallen; dalen; verminderen; omkeren, dichtbij komen; ruimte makenfall1[ fo:l] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:ride for a fall • zijn ondergang tegemoet gaanthe Fall (of man) • de zondeval————————fall21 vallen ⇒ om/neervallen, invallen 〈 van duisternis〉; afnemen, dalen 〈 van prijzen, barometer, stem〉; aflopen, afhellen 〈 van land〉2 ten onder gaan ⇒ vallen; sneuvelen; ingenomen worden 〈 van stad, fort〉; zijn (hoge) positie verliezen; 〈 religie〉 zondigen, onteerd worden 〈 van vrouw〉6 raken♦voorbeelden:fall to pieces • in stukken/kapot vallen 〈 ook figuurlijk〉fall on one's sword • zich op zijn zwaard stortenit fell on my way • het kwam op mijn padthe wind fell • de wind nam af, ging liggen〈 informeel〉 fall about (laughing/with laughter) • omrollen/omvallen (van het lachen)something to fall back on • iets om op terug te vallenfall over • omvallen〈 informeel〉 fall over backwards • zich uitsloven, zich in allerlei bochten wringenfall through • mislukkenthe town fell to the enemy • de stad viel in handen van de vijandfall for • zich laten overtuigen door, erin trappen; vallen op, verliefd worden opit fell to me to put the question • het was aan mij de vraag te stellenfall from grace • uit de gratie rakenNick's name fell • Nicks naam viel/werd genoemdfall asleep • in slaap vallenfall flat • niet inslaan, mislukkenfall short (of) • tekortschieten (voor), niet voldoen (aan)fall in love (with) • verliefd worden (op)→ fall away fall away/, fall down fall down/, fall in fall in/, fall into fall into/, fall in with fall in with/, fall off fall off/, fall out fall out/, fall to fall to/, let let/1 worden♦voorbeelden:fall silent • stil worden/vallen -
6 missile
-
7 elevation
n. hoogte, ophoging[ ellivveesjn]1 hoogte ⇒ heuvel, ophoging8 verhevenheid ⇒ waardigheid, grandeur♦voorbeelden: -
8 stage
n. etappe, stadium; toneel; traject; halte; wagen--------v. opvoeren, ten tonele brengen; organiserenstage1[ steedzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 podium ⇒ platform, toneel♦voorbeelden:be on the stage • aan het toneel verbonden zijn3 at this stage • op dit punt, in dit stadiumin stages • gefaseerdset the stage for • de weg bereiden voor————————stage2〈 werkwoord〉 -
9 command guidance
gerichte begeleiding (vaststellen van een vluchtbaan van raket met mogelijkheid die baan te veranderen) -
10 rocket motor
raketmotor (motor die van binnenuit vlamt, waarbij energie vrijkomt die zoals bij een straaljager naar buiten wordt gedreven en zorgt voor het voortdrijven van de raket) -
11 for
gezichtsveld (van camera of van doelzoekende kop van raket)for1[ fo:] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk meervoud〉♦voorbeelden:————————for21 〈doel of reden; ook figuurlijk〉 voor ⇒ om, met het oog op, omwille van, wegens, bedoeld om, ten behoeve van2 voor ⇒ wat betreft, gezien, in verhouding met4 in de plaats van ⇒ tegenover, in ruil voor8 〈leidt een bijzin met onbepaalde wijs met to in die een subjunctieve betekenis heeft〉dat/als … zou … ⇒ dat … moet …♦voorbeelden:send for the boy • stuur iemand om de jongen (te halen)medicine for a fever • medicijnen tegen de koortslong for home • verlangen naar huiswrite for information • schrijven om informatiedo it for Jill • doe het omwille van Jill, doe het voor Jillshe detested him for the liar he was • ze verafschuwde hem omdat hij zo'n leugenaar wasbe hungry for love • snakken naar liefdeset out for Paris • vertrekken met bestemming Parijsfor God's sake! • om godswil!thank you for coming • bedankt dat je gekomen bentnow for it • en nu erop losyou're for it! • er zwaait wat voor je!what for • waaromgood for John • goed voor John zijn doenan ear for music • een muzikaal gehoorit's not for me to • het is niet aan mij om teso much for that • dat is datfor one, we have no money • om te beginnen hebben we geen geldfor one thing we cannot, for another we will not • ten eerste kunnen we niet en ten tweede willen we nietI for one will not do it • ik zal het in elk geval niet doenJohn, for one, objects • John bijvoorbeeld heeft bezwarenfor all that • toch〈 om een bijzin in te leiden〉 for all (that) • niettegenstaande (dat), alhoewelfor all I care • voor mijn partthere's a car for you • daar heb je nu nog eens een autofor once • voor een keerfor the last time, stop it • dit is de laatste keer (dat ik het vraag), hou ermee opthe better for us • des te beter voor onsI am for leaving • ik stel voor te vertrekkenfor and against • voor en tegenpass for a lady • doorgaan voor een damedolls for presents • poppen als geschenkleft for dead • als dood achterlaten6 nicknamed ‘shiny’ for his baldness • bijgenaamd ‘shiny’ om zijn kaalheida cheque for £50 • een cheque ter waarde van £50push for all you are worth • duw uit alle machtit was not for long • het duurde niet lang8 for her to go to Germany would mean that … • als zij naar Duitsland zou gaan, zou dat inhouden dat …for her to leave us is impossible • het is onmogelijk dat zij ons zou verlatenfor this to work it is necessary to • wil dit lukken, dan is het nodig te¶ anyone for coffee? • wil er iemand koffie?now for the story • en nu het verhaalgood for John! • goed zo, John!————————for31 want ⇒ daar, aangezien♦voorbeelden: -
12 shot
adj. afgeschoten; verschoten (verschillende kleuren); vernietigd--------n. schot; schroot; poging; kiekje; slagshot1[ sjot]2 schutter♦voorbeelden:shot across the bows • schot voor de boeg, waarschuwingshot in the dark • slag in de luchtpay one's shot • zijn (deel van de) (drank)rekening betalen(do something) like a shot • onmiddellijk (iets doen)II 〈telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud vaak: shot〉1 bereik♦voorbeelden:1 out of/within shot • buiten/binnen schot/bereik————————shot2II 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉♦voorbeelden:1 his nerves are shot • hij is kapot/doodmoe〈 informeel〉 be shot of • klaar zijn met, af zijn van————————shot3→ shoot shoot/ -
13 shoot
n. schoot, scheut; schietwedstrijd; jachtpartij; schietpartij; fotosessie; de hele zooi--------v. schieten; jagen; laten uitschieten; filmen; laten vallen op; uitzenden; zenden; snel voorbijgaanshoot1[ sjoe:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (jonge) spruit ⇒ loot, scheut————————shoot27 plaatjes schieten ⇒ foto's nemen, filmen♦voorbeelden:2 shoot at/for • schieten op; 〈in het bijzonder Amerikaans-Engels; informeel, ook figuurlijk〉 (zich) richten op¶ 〈Amerikaans-Engels; informeel〉 shoot ! • zeg op!, zeg het maar!II 〈 overgankelijk werkwoord〉4 〈 benaming voor〉 doen bewegen ⇒ schuiven 〈 grendel〉; 〈Amerikaans-Engels; informeel〉 spuiten 〈 drugs〉♦voorbeelden: -
14 SPAW
n. zwaar wapen (zoals een bom of raket) dat een ingebouwd middel van voortdrijving heeft -
15 aim
organisatie opgericht om de rechten en de interessen van autochtone Amerikanen in de V.S. te beschermenAIM (American Indian Movement)--------raket die in de lucht het doel onderscheptAIM (Air Intercept Missile)--------software geproduceerd door America Online de gebruiker in staat stelt onmiddellijke berichten naar andere gebruikers te zendenAIM (AOL Instant Messenger)aim1[ eem] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 (streef)doel ⇒ bedoeling, oogmerk, plan2 aanleg ⇒ het mikken/richten♦voorbeelden:1 what's your aim in life? • wat wil je in je leven bereiken?2 take aim (at) • aanleggen/richten (op)————————aim21 trachten ⇒ proberen, willen♦voorbeelden:aim at doing something • iets willen/trachten te doen, van plan zijn iets te doenaim at/for increased production • naar productieverhoging strevenwhat are you aiming at? • wat wil je nu eigenlijk?1 richten ⇒ mikken, aanleggen♦voorbeelden:aim (a gun) at • (een vuurwapen) richten opaim at something/someone • op iets/iemand doelen -
16 collision course
collision course -
17 drone
n. hommel die niet steekt, dar; onbemand vliegtuig dat gevlogen wordt door langeafstandsbediening; monotoon, laag en aanhoudend zwak geluid; gezoem, gegons; (Muziek) doedelzak zonder vingergaten die een toon voortbrengt, baspijp; leegloper, iemand die lui is--------v. dreunen; lawaai makendrone1[ droon] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 klaploper ⇒ leegloper, uitvreter3 radiografisch bestuurd(e) vliegtuig/raket4 gegons ⇒ gezoem, gebrom————————drone21 gonzen ⇒ zoemen, brommenII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
18 satellisation
satellisation [saatelliezaasjõ]〈v.〉 -
19 tir
tir [tier]〈m.〉1 (het) schieten ⇒ (het) vuren, lancering♦voorbeelden:mettre une pièce en position de tir • een stuk geschut opstellentir lunaire • lancering van raket naar de maantir à l'arc • (het) boogschietentir à blanc • (het) schieten met losse patronentir à la cible • (het) schijfschietentir au fusil • (het) geweerschietentir au vol • (het) schieten op vogelstir au pigeon • baan waar men (klei)duiven kan schieten; soort katapult waarmee de kleiduiven omhoog worden geschoten; het schieten op kleiduivenrégler le tir • zich inschietentir forain • schiettent op kermis
См. также в других словарях:
Chriet Titulaer — Born May 9, 1943 (1943 05 09) (age 68) Venlo, Netherlands Residence Houten … Wikipedia